Nek en rug
Wervelkolom pathologie
Wervelkolomproblemen zien we bij alle rassen, van groot tot klein. De meest vastgestelde aandoening is de hernia nuclei pulposi (HNP). Daarnaast zien we regelmatig een extradurale of intramedullaire tumor, een fibrocartilagineuze embolus, discospondylitis of een hematoom voorbijkomen.
Patiëntjes met wervelkolomproblemen worden vaak aangeboden met uitvalsverschijnselen, variërend van een milde parese tot volledige paralyse. Daarnaast hebben de dieren vaak erg veel pijn.
Een verdenking van HNP in combinatie met uitvalsverschijnselen betekent een spoedgeval! In ieder geval moet z.s.m. een hoge dosis methyl-prednison-succinnaat (mps) (bv Soludeltacortef) gegeven worden. Andere middelen hebben niet veel zin. Als pijnstiller GEEN NSAID’s geven: dit kan in combinatie met mps tot ernstige maag- en darmklachten leiden! Het is zaak dat vervolgens zo snel mogelijk een diagnose gesteld wordt, zodat eventueel chirurgisch ingrijpen ook direct geregeld kan worden.
Veel wervelkolomproblemen kunnen via CT gediagnostiseerd worden. Er zijn echter ook een flink aantal aandoeningen die alleen met MRI vast te stellen zijn.
CASUS 1: Fred, een 6 jaar oude Cairn terriër, met paresis posterior, met name links
De 6 jaar oude Cairn terriër Fred werd naar ons doorverwezen met uitvalsverschijnselen, met name links achter. Correctiereflexen linksachter afwezig, rechts vertraagd, spinale reflexen normaal. Palpatie van de wervelkolom was pijnlijk in het thoracolumbale gebied.
Een CT scan van de wervelkolom liet een verkalkte hoeveelheid nucleusmateriaal, extraduraal, links in het wervelkanaal zien (zie banner-afbeeldingen).
Na het stellen van de diagnose HNP Th13-L1 werd de hond op verzoek van de verwijzende dierenarts doorverwezen naar een naburige kliniek met veel expertise op het gebied van wervelkolomchirurgie. Hier werd Fred geopereerd, waarna een vlot herstel volgde.
CASUS 2: Milou, een 4 jaar oude Briard teef met acute hevige nekpijnlijkheid
Deze hond gilde sinds 2 dagen van de pijn en hield daarbij haar kop en nek omlaag. Bwegen van de nek was extreem pijnlijk. Neurologisch onderzoek leverde, afgezien van de nekpijn, geen afwijkingen op.
Milou werd doorverwezen met de verdenking dat er een HNP aanwezig zou zijn.
Een CT scan van de nek van deze hond leverde geen diagnose: het CT beeld was normaal. Daarom werd een MRI van de nek gemaakt, waarbij het vermoeden van de verwijzende collega werd bevestigd: een HNP ter hoogte van C6-C7.
Omdat Milou geen neurologische uitval had en goed op pijnbestrijding reageerde werd door haar eigen dierenarts besloten deze hernia conservatief te behandelen, waarna volledig herstel volgde.